Maartrust in Durgerdam.
Door Eilard Jacobs
Mijn stukje in de maart-Geus gaat traditiegetrouw over de kriebels bij het naderen van het seizoen. Mooi weer helpt daarbij, de klussenlijst niet.
Ook dit jaar weer begon in maart de zon te schijnen over de steigers en het dekkleed waar ons schip nog keurig, maar wel al drijvend, onder lag. Mijn eerste opwelling is dan: dektent eraf en optuigen. Maar dat leer ik wel weer af als ik aan boord stap en de kajuit in ga. Zoals gebruikelijk liggen er allerlei spullen uitgestald die ik in de loop van de winterstalling tevoorschijn heb gehaald voor klussen en niet meer heb opgeborgen. Want: “Wie weet heb ik ze straks wéér nodig”. Nog voor de dektent eraf is vallen er al verfklussen aan de romp op en de ervaring leert dat dit er niet beter op wordt als je de dektent er helemaal af hebt.
Verder is het, op een paar uurtjes in de middag na, nog stervens koud (behalve op het Markermeer en IJsselmeer, daar is het de hele dag nog stervens koud). Bovendien leert de ervaring dat er in maart of april na zonneschijn wel weer regen, hagel en sneeuw komen. Ik heb al eens meegemaakt dat ik, inmiddels keurig opgetuigd liggend in Durgerdam, de sneeuw van de zomertent moest kloppen.
Kortom, waarom zou ik nu haastig de kajuit opruimen, de nog resterende bijwerkplekjes eerst maar alleen even in de primer zetten en de rest van de klussen op de lijst voor het zomerseizoen zetten (aan het eind daarvan kan ik ze dan mooi weer naar de winterklussenlijst overhevelen leert de praktijk)?
Niet omdat ik ernaar verlang om dik ingepakt, zowat als enige, over Markermeer en IJsselmeer richting mijn zomerligplaats in Friesland te varen. Ook niet omdat ik wil genieten van het in alle rust schuiven door vaartjes in Friesland met beginnende bloemen, verse rietstengels en piepjonge waterkuikens (dat duurt nog ruim een maand). Ook niet omdat ik met Sinterklaas, Kerst of verjaardag een nieuwe gadget heb gekregen die ik zo graag eens wil uitproberen (ik héb alles al).
Nee de belangrijkste reden dat ik eind maart zo graag ga optuigen is de absolute schoonheid die je aantreft als je als vrijwel enige boot in het haventje van Durgerdam ligt. Met alle zangvogels die zich schuchter weer laten horen en de ganzen in de verte ergens in de IJdoornpolder. En met wandelaars met hond die gelijk even een praatje komen maken en verder niemand in de haven. Daar lig ik met plezier een weekje om masten overeind te zetten (en weer te laten zakken omdat ik toch nog een val ben vergeten in te scheren), zeilen aan te slaan en bootspullen aan boord te brengen. Jammer dat ik weer weg moet voordat de rechtmatige ligplaatshouder komt opdagen.
Eilard Jacobs